Gepubliceerde artikelen en columns.

 De Andere Krant

 Dreigend verlies nationale soevereiniteit kan drijfveer worden voor verandering.

Onze regering levert in rap tempo onze soevereiniteit in. De meeste burgers beseffen dit nog niet. Maar als we erin slagen om dit duidelijk te maken, is de kans groot dat ze in actie komen.

Sigrid Kaag verklaarde in 2020 “dat we onze nationale soevereiniteit een keer zullen moeten opgeven en overdragen aan Europa, dat is onontkoombaar”. Een storm van protest volgde. Nederland vond het geen goed idee. Na wat zalvende woorden luwde de storm. “Het zal zo’n vaart wel niet lopen met die Kaag en onze nationale zelfstandigheid”, lijken velen te denken.

Wie dat denkt vergist zich ernstig en is slecht geïnformeerd. Wat mevrouw Kaag er niet bij vertelde is, dat onze regering allang bezig is met inleveren van onze soevereiniteit. De afschaffing van de parlementaire democratie gaat al jaren geleidelijk. In stapjes en zonder goedkeuring van de bevolking wordt de macht overgeheveld naar Brussel.

Een bewijs daarvoor is nu weer te zien in de heimelijke manier waarop Nederland (minister Kuipers) zonder inspraak van Parlement al meewerkt aan de beoogde overheveling van de zeggenschap over onze volksgezondheid aan de WHO. Bij volgende pandemie krijgt de bevolking eenvoudig te horen “sorry, Europese regels”. En wie oplet ziet nu verdere versnelling. Uit de net afgesloten ‘Conferentie over de Toekomst van Europa’ kwamen voorstellen waarmee de EU kan worden omgevormd tot een ‘federale unie’. De EU-leider sturen daarbij aan op afschaffing van het unanimiteitsbeginsel, zodat ze besluiten nog makkelijker kunnen doordringen. Rutte verklaarde onlangs bij het World Economic Forum in Davos dat ook hij af wil van de unanimiteitsregel,

De ambities van de EU moeten niet worden onderschat. De EU is een kaartenhuis. De vlucht naar voren moet worden afgerond voordat het instort en ook voordat de burgers massaal in de gaten krijgen wat er gaande is. Het einde van onze soevereiniteit is binnenkort ineens – van de ene dag op de andere – voorbij het point of no return. Het Parlement gaat dit niet tegenhouden, want dat is door Rutte vleugellam gemaakt. Referenda zijn door deze regering ook afgeschaft.

De gemiddelde burger heeft van dit alles geen weet. De burger beseft niet hoe snel het gaat en dat wij dadelijk geen eigen regering meer hebben die over onze belangen kan beslissen en dat geen sprake meer zal zijn van verkiezingen die ons daadwerkelijk invloed geven. De ‘machthouders’, zoals Kaag, Rutte en Hoekstra, zullen worden benoemd door de internationale macht- en lobbycircuits in Brussel en Genève.

De onwetendheid van burgers komt voort uit gemakzucht. De meerderheid van de bevolking is gericht op ‘gewin, gemak en genieten’. Men heeft een druk leven en is niet geïnteresseerd in politiek en landsbestuur. Er is bij velen ook afkeer en afstand tot de overheid. Bovendien is de regering erin geslaagd om kritische informatie voor burgers af te schermen en/of de afzender’ van deze informatie te ‘framen’ als onbetrouwbaar en onjuist. Iedereen die probeert om burgers wel onafhankelijk te informeren wordt op voorhand gewantrouwd en staat op achterstand.

In mijn artikel in De Andere Krant van 21 mei (“Burgers moeten zich weer leren organiseren”) beschreef ik een bestuurlijke benadering met daarin een hoofdrol voor communicatie. De grootste uitdaging voor de onafhankelijke media en burgerorganisaties is het doorbreken van bovengenoemde dubbele achterstand in het bereiken van de meerderheid: burgers die à priori al weinig interesse hebben in politiek-bestuurlijke zaken en die daarboven door de overheid worden geïndoctrineerd om belangrijke onafhankelijke informatie naar ‘het rijk der complottheorieën en wappie-meningen’ te verwijzen. Zo bezien vormen de burgers zelf de grootste hinderpaal voor hun eigen ‘redding’.

Maar in onze nationale soevereiniteit liggen kansen om de burgers te bereiken. Ik verwacht dat burgers opstaan als ze gaan beseffen wat er staat te gebeuren. Denk eens terug aan het referendum over Europa. Het draagvlak voor Europese eenwording is erg smal. De dreiging is aantoonbaar en kan niet als ‘desinformatie’ worden afgedaan. Ook zijn burgers zich ervan bewust dat zij in de EU geen democratische invloed hebben. De oer-Nederlandse drang naar zelfbeschikking kan een drijfveer van betekenis kan worden. Dat betekent niet persé dat we naar een ‘nexit’ moeten -het kan een optie zijn-  maar op zijn minst zullen burgers organisatievormen eisers waarmee hun belangen goed worden  behartigd. Nederlanders willen niet bestuurd worden door machthebbers vanuit het buitenland. Dat is historisch altijd gebleken en kan ook nu weer blijken. De kunst is om dat punt snel te bereiken, voordat het te laat is.

                                                                                                                               0-0-0-0-0-0

De Andere Krant

Burgers moeten zich weer leren organiseren.

Het behoeft in deze krant nauwelijks betoog, dat EU regeringsleiders (w.o. NL) en Europese Commissie ons op slinkse wijze naar een totalitair machtsbestel lijken te voeren. Burgers en Parlementen worden buitenspel gezet en onderworpen aan een internationaal netwerk van regeringsleiders, ondemocratische instituties, grote ondernemingen en vermogende personen en instellingen. De dictatoriale onderdrukking met een heel arsenaal maatregelen die mogelijk werd door de verzonnen pandemie smaakt naar meer. Dat meer is dus in voorbereiding. De oorlog in Oekraïne wordt gewetenloos misbruikt voor machtscentralisatie en verdere ontwrichting van de samenlevingen. Tegenkracht blijft beperkt tot een te kleine kring omdat de burgerij het niet ziet of veronderstelt “dat er toch niks aan te doen is”. Dit loopt slecht af voor burgers. Het is de hoogste tijd, dat ‘machthouders’ worden teruggefloten. We hebben inmiddels gezien, dat dit niet meer gebeurt langs parlementaire weg, die is door de kabinetten Rutte dichtgetimmerd.

Het is noodzakelijk dat burgers zich grootschalig organiseren. Dat burgers hun ultieme macht laten gelden jegens degenen aan wie ze die macht hadden overgedragen om hun belangen te behartigen. Zoals ooit de arbeidersklasse het beu was om uitgebuit te worden en zich organiseerde in vakbonden. Zoals het grotere bedrijfsleven rechtstreeks met de politiek onderhandelt. Zoals ook milieuorganisaties dat al doen. Zo moet er nu ook een goed georganiseerde, buitenparlementaire burgerorganisatie komen die een dwingende dialoog aangaat met overheden. Op alle politiek-bestuurlijke terreinen. En dat moet zich vervolgens door ontwikkelen naar democratische vernieuwing. Als je goed kijkt is er feitelijk niemand meer die de belangen van de burgerij op het politiek-bestuurlijke vlak nog met wezenlijke invloed kan verdedigen. Maar “dat zie je pas als je het ziet”. En dan is het een onthutsende constatering.

Die burgerorganisatie moet ergens beginnen. Daarvoor is krachtenbundeling nodig. Een startpunt zou bijvoorbeeld kunnen zijn als media achter de Hoe Nu Verder Krant samen met derden een autonoom nieuw organisatie initiatief zouden entameren. Een ontwikkelingsbestuur vormen dat de nodige stappen kan zetten. Die moeten vooral gericht zijn op het bereiken en interesseren van grote en diverse groepen burgers. Wat is daarvoor nodig?

Daarvoor zijn zeven kerncomponenten nodig. Om te beginnen (1) de samenstelling van het bestuur. Dan moet (2) voldoende funding worden gevonden om alles uit te voeren. Punt (3) is een concrete ‘propositie’ naar de burgerij  voor een betere vertegenwoordiging. Een realistisch alternatief en perspectief. Met glasheldere redenen waarom  men dit zou moeten willen. Hiervoor zijn bestaande initiatieven die onderzocht kunnen worden. Vervolgens (4) een identiteit en positionering voor de nieuwe organisatie die voorkomt dat zij door de overheid in de ‘activistische deug-niet hoek’ kan worden geframed. Dit is niet eenvoudig maar wel essentieel, anders is het kansloos. Dit moet gepaard gaan met (5) heldere geloofwaardige duiding hoe de organisatie zich verhoudt tot het reguliere politieke bestuur en parlement. En hoe zij wezenlijke invloed denkt te gaan uitoefenen. Dan (6) een doordachte communicatiestrategie   en media-inzet, waarmee de doelen landelijk en ‘high-impact’ voor het voetlicht worden gebracht. Als bovenstaande strategische aspecten vorm krijgen wordt (7) de meest passende juridische en organisatorische structuur gekozen en geïmplementeerd voor de ‘go-to-market’. Aldus de opdracht voor de nieuwe belangenorganisatie. In mijn visie moet e.e.a. niet gebeuren vanuit een activistische insteek maar vanuit een constructieve benadering die er op gericht is om gezonde verhoudingen en dialoog tussen burgers en overheden te herstellen. Maar wel in zekere mate dwingend.

Onze samenleving verkeert in de vreemde tegenstrijdigheid dat grote groepen burgers (om uiteenlopende redenen) geen enkel vertrouwen meer hebben in de overheid of zelfs van mening zijn dat men wordt ‘belazerd’; dat echter de ‘grote massa’ ook wantrouwig e/o ongeïnteresseerd e/o ongelovig e/o onzeker e/o geïndoctrineerd staat tegenover andere visies en alternatieven. De kunst zal zijn om op het eerste aan te haken en de mensen ‘mee te nemen’. Het is de hoogste tijd dat de samenleving massaal gaat (h)erkennen dat er nieuwe organisatievormen noodzakelijk zijn als burgers hun belangen en rechtspositie nog willen kunnen blijven verdedigen. Het is echt ‘vijf voor twaalf’.

                                                                                                                                       0-0-0-0-0-0-0